Het orgel van de Salemkerk te Lisse

Nieuwbouw in 1968
In 1966 werd er reeds enige tijd over gesproken om het orgel van deze kerk te vernieuwen of te vervangen. Er werden twee voorstellen gedaan. Het eerste plan was een geheel nieuw mechanisch orgel te laten bouwen. Het tweede voorstel was om het huidige orgel geheel te restaureren. Uiteindelijk werd m.b.v. een orgelcommissie besloten om een nieuw elektro-pneumatisch orgel te laten bouwen met gebruikmaking van zoveel mogelijk pijpwerk en materialen uit het oude orgel. De totale kosten bedroegen  Fl. 65.000,-- hetgeen aanzienlijk goedkoper was dan een nieuw te bouwen mechanisch instrument.

De opdracht werd gegeven aan de Firma Slooff Orgelbouw uit Ouderkerk a/d IJssel.

Hij bouwde een orgel met 31 stemmen verdeeld over Rugwerk, Hoofdwerk, Zwelwerk en Pedaal. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat het pedaal slechts drie grondregisters kreeg van waaruit de overige pedaalstemmen getrokken werden volgens het zgn. unit-systeem.

Het orgel werd op 28 juni 1968 in een speciale kerkdienst in gebruik genomen.

Voorganger was Ds. W. Suyker en organist Jan Bonefaas uit Gorinchem begeleidde de samenzang en speelde enkele solo’s op het nieuwe orgel.

Grote schoonmaakbeurt en wijzigingen in 1989
In 1989 kreeg het orgel een grote schoonmaakbeurt, de windvoorziening verbeterd en de dispositie enigszins gewijzigd. Het werk werd uitgevoerd door de firma Hendriksen & Reitsma uit Nunspeet. De dispositie werd als volgt veranderd:

  • De Scherp II-IV en de Dulciaan 8’ van het Rugwerk werden verwijderd.
  • De Sesquialter II en de Kromhoorn 8’ werden vanuit het Zwelwerk overgeplaatst naar de vrijgekomen ruimte op het Rugwerk.
  • Op de vrijgekomen plaatsen in het Zwelwerk werden een nieuwe Quintfluit 2 2/3 en een Hobo 8’ geplaatst.
  • De Sifflet 1’ op het Hoofdwerk kwam te vervallen maar werd gedeeltelijk hergebruikt in de nieuwe Quintfluit van het Zwelwerk.
  • De Mixtuur III-V van het Hoofdwerk werd teruggebracht naar een Mixtuur IV.
  • Door de laatste twee genoemde wijzigingen kwam er ruimte vrij op het Hoofdwerk zodat een nieuwe Cornet III  (vanaf c 1) kon worden geplaatst.
  • Mede vanwege de nieuwe Cornet is een Tremulant toegevoegd aan het Hoofdwerk.
  • Alle stemmen zijn opnieuw geïntoneerd.

Het gerestaureerde orgel werd op 16 juni 1989 in gebruik genomen tijdens een zang- en orgelavond. Gastorganist van deze avond was Herman van Vliet uit Bodegraven.

Hij begeleidde de samenzang en speelde enkele orgelsolo’s.

Problemen door slijtage
Door slijtage in de loop der jaren, uitdroging van de mechanieken en achterstallig onderhoud dreigde het totale functioneren van het orgel eind 2009 een probleem te worden. De membranen, uit 1968, waren na meer dan 40 jaar dienst hard aan vervanging toe. De registers in het pedaal spraken matig en ook het mechaniek van het pedaal was problematisch. Ook bleek de windtoevoer naar het pedaal aan de te krappe kant. In het Hoofdwerk en vooral ook het Rugwerk trad in verschillende delen van enkele registers doorspraak op. Bij grote verschillen in vochtigheid waren sommige registers dan ook nauwelijks bruikbaar.
Qua intonatie en de mogelijkheden van het instrument waren er ook verschillende wensen. De draagkracht van het pedaal liet behoorlijk te wensen over. Het Prestantenkoor van het Hoofdwerk was qua toonvorming aan de discant niet erg fraai. De Mixtuur van het Hoofdwerk was niet erg passend in het geheel. Verder waren er vreemde onregelmatigheden qua intonatie in verschillende stemmen van het orgel.

Een grote renovatie in 2010
Nadat bij meerdere orgelbouwers informatie is ingewonnen, kreeg uiteindelijk Firma de Wit uit Nieuw-Vennep de opdracht om de renovatie-werkzaamheden te gaan uitvoeren. Daarbij werd de techniek van de speeltafel compleet vervangen. De bestaande manualen en het pedaalklavier werden behouden. De registerschakelaars werden allemaal vernieuwd. De bediening van de registers, koppels, toetsen en de speelhulpen zijn nu geheel met digitale techniek uitgevoerd. De ruim 1600 membranen van het pijporgel zijn allen vernieuwd. De scheuren in de lades van het Hoofdwerk en Rugwerk, die de lastige doorspraak veroorzaakten, zijn gerepareerd. De Mixtuur van het Hoofdwerk is qua samenstelling aangepast aan de rest van het instrument en ook geheel opnieuw geïntoneerd. De mechanieken van de Bazuin en de Subbas in het pedaal zijn zodanig gemodificeerd dat de windtoevoer nu ruimer is en dus alle pijpen goed kunnen spreken en hierdoor veel meer draagkracht leveren.
Een extra geplaatst windkanaal zorgt nu voor een evenwichtige windtoevoer voor het pedaal. Tevens werden enkele aanvullingen middels het zgn. unitsysteem in de dispositie van het pedaalaangebracht.Een Holquint 10 2/3' een "akoestische" Subbas 32' en een Quint 5 1/3' geeft het pedaal nu net wat meer extra zeggingskracht. 
De pijpen voor de discant van het Prestantenkoor van het Hoofdwerk moesten worden vervangen om weer goed in het geheel van het orgel te kunnen functioneren. Alle mechanieken van de registers en relais zijn opnieuw afgeregeld zodat alles weer optimaal werkt. De nieuw geplaatste schakeling, met digitale techniek, vervangt nu de versleten oude techniek. Groot voordeel is dat nu nog maar één schakelaar wordt gebruikt per toets en in het pedaal is een geheel stofdicht contact toegepast. De bedrijfszekerheid en duurzaamheid van de bedieningstechniek is hierdoor nu optimaal geworden.

Ook de toevoeging van extra sub- en superkoppels vergroten duidelijk de bruikbaarheid van het gehele instrument. Eind april 2010 werden de werkzaamheden afgerond.

 

De huidige dispositie

PEDAAL

MAN. I(Rugwerk)

MAN. II(Hoofdwerk)

MAN. III(Zwelwerk)

1-Subbas 32’

14-Holpijp 8’

22-Quintadeen 16’

39-Viola di Gamba 8’

2-Subbas 16’

15-Prestant 4’

23-Prestant 8’

40-Vox Celeste 8’

3-Holquint 10 2/3 ‘

16-Gedekt Fluit 4’

24-Roerfluit 8’

41-Gedekt 8’

4-Octaafbas 8’

17-Nachthoorn 2’

25-Octaaf 4’

42-Octaaf 4’

5-Fluitbas 8’

18-Sesquialter 1-2st.

26-Vlakfluit 4’

43-Roerfluit 4’

6-Quint 5 1/3 ‘

19-Kromhoorn 8’

27-Quint 2 2/3’

44-Quintfluit 2 2/3 ‘

7-Koraalbas 4’

20-MAN. I + III

28-Octaaf 2’

45-Gemshoorn 2’

8-Bazuin 16’

21-Tremulant

29-Cornet 3 st.

46-Hobo 8’

9-Trombone 8’

 

30-Mixtuur 3-5 st.

47-MAN III sub

10-Trompet 4’

 

31-Trompet 8’

48-MAN III super

11-PED + I

 

32-MAN II sub

49-MAN III + II super

12-PED + II

 

33-MAN II + I

50-Tremulant

13-PED + III

 

34-MAN II + I sub

 

 

 

35-MAN II + III

 

 

 

36-MAN II + III sub

 

 

 

37-MAN II + III super

 

 

 

38-Tremulant

 

Klavieren 3 x 56 toetsen ( C t/m g ''' )
Pedaal 30 toetsen ( C t/m f ' )
Tractuur is electro-pneumatisch
Overbrenging speeltafel naar orgel is digitaal
Zweltrede voor Manuaal III
Vaste geheugens PP, P,MF, F, FF, T
AP - Automatisch Pedaal
* Bij bespelen Rugwerk of Zwelwerk werken in het pedaal alleen registers 2, 5 en 13
* Bij het bespelen van het Hoofdwerk kunnen alle pedaalregisters normaal worden gebruikt.
TA- Tongwerken Af ( voor registers 8, 9, 10, 19, 31 en 46 )